G.H. Wissink – Milieuverontreiniging op esthetisch terrein
G.H. Wissink
Eisma’s Schildersblad, nr. 74 nummer 4, 24 mei 1972, Leeuwarden / Holland
In de steden wordt niet alleen gebouwd maar ook gesloopt. Het slopen laat maar al te dikwijls zeer onooglijke sporen achter. Wanneer bijv. door afbraak van woningen binnenmuren tot buitenmuren worden gebombardeerd ontstaan de meest bizarre muurvlakken (afb. 2 en 3). Van deze kale, ontluisterende wanden, die oorspronkelijk binnenmuren zijn geweest, kan men dan jarenlang “genieten”. Vroegere kamers, trappen, zolders, toiletten, keukens en badkamers tekenen zich op trieste wijze af. Er is iets aan de oppervlakte gekomen, dat altijd tot de intieme sfeer behoord.
Iets anders dan een schilderijtje maken op het atelier
Dezer dagen ontmoetten wij een kunstschilder, Martien Verstraaten (26), die hier iets aan wil doen. Verstraaten is een man met werkelijkheidszin en iemand die van aanpakken weet. Voor hem is kunst nog iets meer dan abstracte schilderijen die dan door de overheid worden gesubsidieerd. In Roermond heeft hij reeds getoond hoe een dergelijke dode wand tot nieuw leven gebracht kan worden (afb. 4). Hij noemt het resultaat “een schilderij in de ruimte”. Een afschuwelijke wand is hier door Verstraaten omgetoverd in een boeiend object. “Ja”, zegt hij, “zo’n tweehonderd vierkante meter beschilderen in de open lucht, dat is wat anders dan een schilderijtje maken op het atelier. Het is geen gemakkelijke opgave zo’n gevel, die eigenlijk nog verdeeld is in allerlei vlakken van voormalige vertrekken, tot een eenheid te brengen. Naast het esthetische element speelt het technische aspect hier een grote rol. Vooral dat laatste, is me gebleken, moet je niet onderschatten. Eerlijk gezegd schoten mijn opleiding en kennis te kort; Van Eyndhoven Verfindustrie te Roermond heeft me echter met raad en daad terzijde gestaan”. Aldus de heer Verstraaten.
Technisch advies
De heer Van Eyndhoven, van de groothandel in verf van deze naam, vertelt dat de ondergrond van de te schilderen (binnen)muur van een dusdanige uiteenlopende aard was, dat niet zonder meer volstaan kon worden met het impregneren met een bepaald product. Op de ondergrond zaten zeer uiteenlopende lagen waaronder kalk, baksteen (met roet doortrokken), gips-, lijm- en latexverf. Eigenlijk zouden al deze lagen met de hiervoor geëigende middelen behandeld moeten worden. Dit was uiteraard niet goed mogelijk. “Daarom werd door ons”, aldus de heer Van Eyndhoven, “een product samengesteld, dat aan zoveel mogelijk eisen tegemoet kwam. De eerste grondlaag moest in de eerste plaats hoog elastisch zijn, in de tweede plaats goed impregnerend en tenslotte een sterk isolerende werking hebben. Er werd door ons”, zo vertelde deze ter zake kundige verfleverancier verder, “een grondlaag opgebouwd, die al deze eigenschappen bezat en wel op basis van een olie- en weekmakervrije kunstharsdispersie. Hiermee werd het gehele muuroppervlak éénmaal lijvig ingestreken. Op deze ondergrond is de decoratie aangebracht. Dit gebeurde met een verf op basis van alkalivaste pigmenten. De muurpartijen werden afgeschilderd met een aluminiumverf op basis van alkydhars”.
Binnenhuis
Kunstschilder Martien Verstraaten was ervan doordrongen, dat wanneer men een kunstwerk wil maken dat een zekere tijd (minimaal vijf jaar) tegen de buitenatmosfeer bestand moet zijn, men de (met veel zorg gekozen) materialen serieus moet verwerken. Ook was het hem bekend, dat hij vóór hij kon schilderen alles was los zat moest verwijderen. De schoorsteen bijvoorbeeld die met roet was doortrokken, moest worden schoongemaakt, gerepareerd en zelfs opnieuw worden gevoegd. De flarden losse kalk en verf moesten worden afgestoken. Eerst hierna kon de grond- en isolatielaag worden aangebracht. Dankzij een grote steiger kon Martien Verstraaten overal gemakkelijk bij. In de omgeving van een – enigszins somber – pronkstuk der laat-Romaanse bouwstijl, de Munsterkerk te Roermond, groeide in tien dagen een reconstructie van het typisch Hollandse binnenhuis, compleet met tafels, stoelen, badkamer, trap en slaapkamer.
,,Als ze mijn huis doorzagen”, aldus Verstraaten, “staat er hetzelfde”. Dit alles is in, op het eerste gezicht enigszins onnatuurlijk aandoende, roze tinten geschilderd. Martien zegt hiervan: “Dit kleurengamma is niet als lieflijk bedoeld. Roze, dat is de kleur van de ingewanden. In zekere zin zijn hier de ingewanden van het huis blootgelegd. Kleur en vormgeving zijn in overeenstemming met de vroegere werkelijkheid. 1k heb precies de vroegere indeling aangehouden; de oude positie van binnenmuren en balken dienden als basis voor de nieuwe opzet.” Uit het roze is zeker geen zoetig geval ontstaan. Integendeel, Verstraaten heeft door van de juiste tegenstellingen uit te gaan, een mooi geheel weten te verkrijgen. Het witte bovenvlak op afbeelding 4 is in werkelijkheid zilverkleurig. De donkere banden zijn in een sprekend groen uitgevoerd. Het geheel is eigentijds. Van een doodse aanklacht is deze wand gepromoveerd tot een levendig, fris geheel.
Actuele zaak
Overal in de steden en soms zelfs in dorpen vindt men dergelijke gore gevels die, door sloop, van binnenmuur in dorre kale buitenwanden zijn veranderd. Martien Verstraaten deed één van de eerste geslaagde aanvallen hierop. In zekere zin is hier sprake van de veel gehoorde klacht van milieuverontreiniging, zij het dan in dit geval op esthetisch terrein. Zoals uit het bovenstaande gebleken is, is hiervoor een remedie voorhanden, die het woonklimaat sterk kan veraangenamen. Moge hier een ruimschoots gebruik van worden gemaakt.
Voor foto’s en beeldmateriaal zie:
Blinde gevels in Nederland
Mammoetwandschildering (full size)