Kijk naar anderen, maar blijf in je eigen schoenen staan
Nel Casimiri
Amigo – NAPA 17 oktober 1992, Curaçao / The Dutch Antilles
DE AKADEMIA di Arte organiseert in de komende weken een workshop onder leiding van paragnost en voormalig docent beeldende vorming uit Groningen Martien Verstraaten. De workshop krijgt de titel mee: Inspiraties en intuïties in vorm-, kleur- en beeldgedrag’. In een schrijven vertelt Martien Verstraaten dat zijn tiendelige workshop bestemt is voor personen met een onstuitbare en onverklaarbare belangstelling voor tekenen, schilderen, beeldbetekenis en beeldgedrag. Aanleg voor kunst is beslist geen vereiste, maar een flinke dosis nieuwsgierigheid naar onbekende creatieve mogelijkheden van elke deelnemer is een aanwijzing voor succes tijdens deze workshop. En hij gaat door: “Creativiteit hoort bij de mens, de natuur en bij de samenleving. Bij de ene persoon via directe – kunstzinnige producten – en bij de ander via bijvoorbeeld beroeps/bedrijfsmatige en financiële processen of bestuurlijke vindingrijkheid en inventiviteit. Via intuïtieve, spirituele en energetische processen en technieken worden in elke deelnemer stap voor stap sluimerende en slapende talenten wakker gemaakt en tot leven gebracht’.
De workshop van Martien Verstraaten bestaat uit een A gedeelte met tekenen, schilderen, experimentele werkvormen en een B gedeelte van beeldgedrag, geluid en bewegingsvorm. Elke avond worden de A en B gedeelten met elkaar verweven en geïntegreerd in verschillende verbanden en processen, waardoor elke deelnemer een diversiteit aan mogelijkheden krijgt aangeboden. Als ondersteuning van de creatieve processen en producten wordt gebruik gemaakt van o.a. klassieke en experimentele meditaties, visualisaties en imaginaties, tekst- en beeldaffirmaties en muziek- en geluidsinterventies.
ALTERNATIEF
Zo’n aankondiging die een geheel nieuwe en alternatieve aanpak van het onderwijs in de beeldende kunst doet vermoeden, en dat gegeven door een helderziende, een paragnost, wekt nieuwsgierigheid op. In een gesprek met Martien Verstraaten, in de bibliotheek zonder boeken van de Akademia di Arte, vertelt hij over de workshop en wat hij met de diverse termen bedoelt.
U bent paragnost en docent. Zijn die twee kanten van uw persoon in uw werk verweven?
“Je bent ook paragnost als je onderwijs geeft. Het was een soort voorloper van het paranormale werk, wat ik daarna ben gaan doen, van als paragnost mensen coachen. Als docent beeldende vorming [i] en als paragnost heb ik ervaring om het paranormale en het energetische te verwerken in onderwijsleerprogramma’s. Dat doe ik door gebruik te maken van intuïtieve kennis die ik in individuele gevallen had. Daarmee bundel ik de mensen in groepen. Normaal krijgt een docent zomaar een willekeurige groep aangewezen. Ik deel die groepen in deelgroepen, afhankelijk van het soort energie die bepaalde mensen uitstralen. Ik maak sterkte-zwakte-analyses van mijn studenten en gebruik dat in de programma’s. Zo ontwikkelde ik ook methodieken, waarmee je sneller scoort dan met de traditionele methodes. Die methodieken, het werken met bepaalde technieken werden door mijn collega’s van het docententeam (Groningen, red.) getoetst. En die zagen dat het werkte. Na verloop van tijd gebruikten ze ze zelf ook. Zo zijn er bijvoorbeeld schalen van geluidsinterventie, verschillende soorten van geluid waarop elk individu apart reageert. Een bepaald geluid kan een goede stemming oproepen. Stemgeluid reageert op geluiden en op de omgeving. Meestal wordt er van uitgegaan dat stilte het beste is om goed te kunnen studeren. Maar dat is niet waar. Sommige mensen kunnen het beste studeren als de radio heel hard staat. Ik gaf daarom eens de opdracht dat elke student zijn eigen werkruimte in het leslokaal moest bouwen. Dat werden ware decors die met de decors van hun vorige levens te maken hebben gehad. En vanuit die situatie ging ik ze begeleiden”.
Maar ze leven nu.
“Ja, maar het heden is naar ervaring een gevolg van het verleden. Daar moet je rekening mee houden om je leven nu vorm te geven. Ik ging niet rechtstreeks terug naar vorige levens, het woord wordt ook niet als zodanig genoemd. Je zou het een deelpersoonlijkheid kunnen noemen. Het woord zou alleen schade kunnen aanbrengen aan de decors van de fantasie. De decors, waarin ze zich het meest prettig voelden in het verleden, moeten optimaal kunnen functioneren in het heden”.
BEELD
“Het heeft ook te maken met het beeld dat ze hebben van wat een beeldend kunstenaar is, of zou moeten zijn. Wat ze weten en wat ze gehoord hebben over beeldende kunstenaars bepaalt dat beeld. Ze laten hun werkstukken zien aan hun ouders. Als die er niets aan vinden, brengt ze dat in een conflictsituatie. Ouders zijn de eersten die schouderklopjes moeten uitdelen. Dat is het eerste referentiekader. Wat docenten vertellen is heel iets anders. Ze worden tijdens de lessen met denkbeelden geconfronteerd die hun vreemd zijn. We moeten ze langzaam losweken. En hoe meer ze in hun eigen trillingen komen, hoe beter ze in hun eigen werk komen. Ik zeg altijd: ‘Kijk naar anderen, leer, maar blijf in je eigen schoenen staan’. Als een student niet meer hoeft te copiëren, kan hij op eigen benen staan”.
U gaat een workshop van 10 sessies geven. Hoe zijn die avonden ingedeeld?
“De avondnummers 1 tot en met 7 lopen synchroon met de 7 energiecentra en hebben de titels: Aarde, Emotie, Wil, Hart, Wereld, Zien en Visie. De eerste avond is avond nummer 0, dat is de introductie avond. Avond nummer 8 is de afsluitavond. Dan werkt iedereen voor zichzelf, niet begeleid, maar ik ben wel aanwezig. Op avondnummer 9 wordt het werk gepresenteerd, met video’s, teksten, polaroids, en andere werkvormen van een beeldende productie”.“Op de eerste avond, de introductie, leren de studenten mediteren en doen we ontspanningsoefeningen. Ook gaan we tekenen zonder pen, werken met een filmisch geheugen. We moeten het vak een beetje ontmythologiseren, ze moeten een aantal dingen vergeten. Studenten moeten vergeten dat het ze ontbreekt aan middelen of aan technische vaardigheden. We maken een ideaalproductie. In de geest. Het tweede deel van die avond gaan we schilderen met water. Zonder kleurtoevoegingen. Dat is om het gevoel te krijgen. Het hoeft niets voor te stellen. Als het opdroogt is er toch niets meer te zien”.
THEMA’S
Wat is de betekenis van de thema’s?
”De zeven thema-avonden zijn genoemd naar de energiecentra. Het zijn allemaal Chakra-termen. Het getal zeven komt niet alleen in onze cultuur, maar ook in andere culturen telkens terug: zo zijn er ook zeven dagen per week. In april kreeg ik het verzoek van een collega op Curaçao om het getal zeven te verwerken in deze tiendelige workshop.
De eerste avond is gewijd aan het thema AARDE. Dan komen aan de orde dingen als: Wat is materiaal? Wat kun je met materiaal? Traditionele en experimentele materialen, enz. ’De materie is gegrond op de aarde. Het gaat om primaire zaken.
De tweede avond staat in het teken van EMOTIES. Emoties ontstaan als je in relatie komt met iets anders, het is beweging in klank en kleur. We werken met muziek- en geluidsbanden als voorbeeld van beweging. Men mag ook zelf bewegen. Er doen een aantal modellen mee die bewegen in een stilleven. En via het geluid speelt ook het ritme een grote rol.
De derde avond is het thema de WIL. De wil staat voor energie en productie. Maar dat niet alleen. Het zijn grootheden naast elkaar, het gaat om het integreren. Wat voor soorten energie zijn er en hoe kun je dat in je werk gebruiken. En ook, hoe kun je buiten de productie handelen en scoren. Concreet werken we aan veertig portretten op een avond. Dan komt iedereen in tijdnood.
Daarbij moeten twintig portretten linkshandig worden gemaakt en twintig portretten rechtshandig. Sommigen hebben nog nooit met hun ‘andere’ hand getekend. Ik ga er van uit dat iedereen portretten kan tekenen, ook al hebben ze het nog nooit gedaan.
De vierde avond heeft als thema het HART. Het hart en zijn omgeving is het centrum, een heel belangrijk aspect van het aardse menselijke leven. Elke avond komt ook een stuk meditatie en visualisatie aan bod. Het gaat de vierde avond om hartaangelegenheden en ook om hartritmen. Er is een diversiteit in soorten, zo is er ook bijvoorbeeld een levensritme. We gaan ons eigen hartritme voelen, en hoe het versnelt na aerobic-oefeningen en vertraagt als we bijna slapen. Dat kun je weergeven in kleuren, als een abstracte registratie. Als concrete uitwerking van hartaangelegenheden gaan we een hartdocument maken met verschillende ritmen. Het worden werkstukken via beeldschrift.
Het vijfde thema is de WERELD. Bij de wereld staan de communicatiekanalen in het middelpunt, ook de non-verbale communicatie, met beeldtaal en beeldbetekenis. De verschillende typen van beelden, telebeelden en overdracht, het energetische werkveld, beeld-zender–ontvanger. In concreto zullen de cursisten werken in paren als elkaars model. Zij krijgen de opdracht elkaars aura, uitstraling, energetisch veld, te bestuderen en te tekenen. Ze maken modelstudies.
De zesde avond is gewijd aan het ZIEN. Aan het waarnemen dus. De kijker in de waarneming. Wat is kijken, welke soorten van kijken zijn er, binnen en buiten de begrenzing van vorm en tijd. Ook de taal der voorwerpen komt aan bod en welke taal spreekt het landschap. We oefenen bijvoorbeeld met een beeldwaarneming op 100 cm afstand. En hoe is die waarneming op 10 meter? En daarna op 10 kilometer afstand, als je dus zeker weet dat het met het blote oog niet meer zichtbaar is? Hoe, op wat voor soort scherm, komt dat beeld? Ook werken we met beelden uit het verleden en beelden uit de toekomende tijd. In de praktijk maken de studenten een serie collages over verleden, heden en toekomst.
De zevende avond is het thema VISIE. Dat houdt in een totale visie. Weten, kennen en kunnen. De innerlijke beelden en de individuele mogelijkheden van elke cursist. Visies zijn niet altijd maatschappelijk bepaald. We vragen welke beelden het hoogst scoren, wat is het meest relevant geweest van de zes avonden die vooraf gingen, we gaan inventariseren. Daarna maken we een persoonlijk creativiteitsdocument als een soort afsluiting van de avonden”.
Bent u al eens eerder op Curaçao geweest?
“Dit is de derde keer dat ik op Curaçao ben. Ik was er twee en een half jaar geleden al en toen heb ik diverse lezingen gehouden en ook radiolessen. Maar dat ging meer om de paragnostische aspecten. Beelden zijn daarvan wel deelaspecten”.
Gaat u nu ook weer radiolessen geven?
“Ik ga een 26-delig radioprogramma houden voor Radio Paradise onder de titel ‘Bestemmingen’. Dat wordt elke maandagavond uitgezonden van 19.15 tot 20.00 uur. Het gaat over een paranormale leefstijl, werk en carrière, maatschappelijk en innerlijk. Elke avond heeft een eigen subthema. Het eerste deel van het programma bestaat uit een lezing van ongeveer een kwartier. In het tweede gedeelte mogen de luisteraars vragen stellen naar aanleiding van het thema. Een telefoniste vangt de opbellers op en geeft de vragen aan mij door”.
CULTUURGEBONDEN
U komt net uit Nederland. Zijn zulke thema’s niet erg cultuur gebonden?
“Ik ken de Antilliaanse wereld in Groningen heel goed. Ik heb in Groningen ook veel consulten gegeven aan Antilliaanse mensen. De eerste keer dat ik met de Antilliaanse cultuur in aanraking kwam was dat een soort openbaring voor mij. Het eerste wat ik gedaan heb is Antilliaans dansen leren. En uiteindelijk ben ik naar Curaçao gegaan”. De tweede keer, afgelopen maart/april, heb ik radio-interviews gegeven bij de radiostations Z-86 en Hoyer”.
Een 26-delig radioprogramma beslaat een half jaar. Wilt u zo lang hier blijven?
“Ik ga nu een werkvergunning aanvragen. Ik ben bezig een advieskantoor op te richten onder de naam ‘Destinations”, dezelfde naam dus als het radioprogramma. Het wordt een paragnostisch advieskantoor. Maar dat sluit de kunst niet uit. Het gaat om ‘intuitive career and business affairs’, om levenscarrières zakelijk en maatschappelijk. Het wordt een advieskantoor voor de gehele Nederlandse Antillen en voor het Caribische gebied met als standplaats Curaçao”.
De directeur van de Akademia di Arte op Curaçao heeft zelf ook een cursus bij u gevolgd in Nijmegen in de tijd dat hij in Nederland woonde en hij was er erg enthousiast over. Bent u zelf ook beeldend kunstenaar geweest?“
In principe is elk mens een paragnost en beeldend kunstenaar. Ik was tien jaar lang beeldend kunstenaar van beroep en ik ben van daaruit in het onderwijs terechtgekomen. Ik ben kunstschilder. Op een keer vroeg iemand, die ik zeer bewonderde en die ook ouder was dan ik, me of ik hem les wilde geven. Ik was er onzeker over, maar het ging zeer goed. In mijn jonge jaren heb ik colleges gevolgd aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Antwerpen, in Tilburg en in Amsterdam. Dat is dus iets anders als een complete opleiding. Daarnaast ben ik autodidact als schilder. Ik hield tentoonstellingen en heel langzaam kwam het onderwijs op mij af en ik werd aangenomen aan de lerarenopleiding in Groningen (Nijmegen, vervolgens in Groningen, red.). Ik kwam dus in het onderwijs terecht wat ik heel prettig vond”. En de paragnostische kant?“Paragnost ben ik altijd geweest in meer of mindere mate. Ik heb het lang buiten de deur gehouden omdat ik niet wist hoe ik het op een goede manier in mijn dagelijkse leven kon integreren’. Ik ben geen lid van de Nederlandse vereniging van paragnosten, wel ben ik enige tijd lid geweest van de Vereniging van reïncarnatie therapeuten”.
Er komen de laatste tijd nogal veel mensen uit de alternatieve hoek vanuit Nederland naar Curaçao: een astroloog, een kaartlegster, Yomanda, gebedsgenezers. Lijkt dat op een soort missionering?
“Die term is inderdaad niet zo vreemd. Hoe kan het dat in het verleden zo weinig van deze stromingen de Antillen bezochten? Terwijl het in heel veel landen een normaal verschijnsel is. Men komt en men gaat. En niet alleen de paragnosten”.
Misschien heeft Curaçao zelf genoeg helderzienden?“
Het is belangrijk bepaalde gevoelens in taal te gieten, bespreekbaar te maken. Dat bleek uit mijn radiolezingen: mensen belden op en zeiden: ‘U vertelt wat wij voelen, maar wij spreken er niet over’. Het is een vorm van spiritueel management”.
[i] Professor of Drawing, Textual Arts and Metaphysically Methods of Learning